Hein, Foekje en Jan vertrekken vroeg uit Grou naar camping
De Vrolijk bij Laren. De buren van nummer 7 hebben daar gisterenavond al een
plaatsje gevonden. Het is negen uur als ze bij de camping arriveren en na
afhandeling van wat administratieve zaken met de eigenaresse van het geheel
rijden ze vrolijk camping De Vrolijk op. Tineke heeft zoals gewoonlijk de
koffie klaar. Na een lekker bakkie zetten Foekje en Jan hun tent op en
installeren de slaapmatjes en -zakken. Goed voorbeeld doet goed volgen en even
later staat Hein zijn tent ernaast. Het is jaren geleden dat Jan en Foekje
hebben gekampeerd, maar toch staat het tentje vrij snel. Ook Hein beheerst,
vanwege zijn ervaringen van een paar weken geleden in Schotland, de souplesse
van het opzetten.
Het zonnetje staat al hoog aan de hemel als we met de auto’s
naar het finishpunt vertrekken. Die plek is maar 4 kilometer van de camping
verwijderd. We laten de zwarte Focus achter op een plekje waar veel schaduw is
te verwachten. Met z’n vijven in een auto rijden we daarna naar Hellendoorn.
Omdat Hellendoorn aan de andere kant van een heuvelrug is gelegen is het wat
lastig aan te rijden. In Hellendoorn parkeren we de rode Ford op een
parkeerplaats, vlak achter het centrum van het kleine dorp.
Drie in twee
Het routeboek geeft de afstand Hellendoorn – Vorden in drie etappes
weer. In totaal is dat 45 kilometer. Wij hebben besloten om de afstand in twee
etappes te wandelen. Vanwege de verwachtte warmte van morgen lopen we vandaag
een paar kilometer meer dan de helft, zodat we morgen wat eerder van een koel
biertje kunnen gaan genieten. Vandaag wandelen we daarom tot een paar kilometer
voor Laren.
Tineke groet de iets te vrijwillige vrijwilliger |
Vrijwilliger
We wandelen een kort stukje door het dorpje dat bekendheid
heeft gekregen doordat bakker Gerrit van der Valk in 1936 er zijn eerste ijsjes
is gaan maken. Na de oorlog is zijn zoon ermee door gegaan en bedacht de
zonnige merknaam: Caraco. Caraco is jaren geleden al overgenomen door Unilever,
maar in de patisseriewinkel van Gerrit van der Valk is nu een nostalgisch ijs-
en bakkerijmuseum gevestigd. Tineke, die voor een paar koeken het museum in
binnengegaan, wordt te woord gestaan door een overijverige vrijwilliger. Als ze
met een paar koeken naar buiten loopt stelt ze vast dat die man iets TE
vrijwillig is.
Natuurlijk is Hellendoorn ook bekend van het gelijknamige
pretpark, maar daar interesseren we ons niet voor. Als we het dorp uitlopen
horen we het gegil en gekrijs van kinderen die in het park van de attracties
genieten. Je zult hier maar wonen.
N35
De wandeling voert ons vandaag over de Sallandse Heuvelrug. Na
circa 4 kilometer passeren we, niet ver van de plaats Nijverdal, eerst het spoor en daarna de Provinciale
weg Zwolle – Almelo. De weg die als N35 bekend is, is in 1833 als straatweg,
dwars door de Sallandse Heuvelrug, aangelegd en haalde zo Twente uit haar
isolement. In 1836 bouwde Thomas Ainsworth, de grondlegger van de Twentse
textielindustrie, op het kruispunt van deze weg met het riviertje de Regge een
weverij en spinnerij en een nederzetting voor de arbeiders. Deze nederzetting
noemde hij ‘Nijverdal’.
Iets verderop komen we aan bij een open plek in het bos waar
tijdens de oorlogsjaren het voormalig werkkamp Twilhaar was gesitueerd. Van
1940 tot aan 1947 was hier een Nederlandse werkkamp dat, na de bezetting door
de Duitsers, als ‘Durchgangslager’ voor Joden is gebruikt. In 2003 heeft men er
een monument geplaatst. In piëteit denken we aan de verhalen die we erover
hebben gelezen.
De 'ingang' tot het kamp Twilhaar |
Holterberg bij nacht
En verder gaat het. Na een schaapskooi te zijn gepasseerd en
een paar bochtige bospaden die gestaag omhoog voeren, arriveren we bij het
grote heideveld van de Holterberg. Vanaf dit punt heb je een fantastisch
uitzicht in westelijke richting. De flauwe wind biedt heerlijke verkoeling. We
eten de pas gekochte koek die bijzonder lekker smaakt en drinken wat water om
het vochtverlies van deze warme ochtend te compenseren. Hein neemt stelling
achter de grote kijker die er is opgesteld en stelt vast dat, als je geen muntje
in het apparaat gooit, je de Holterberg bij nacht ziet. Helemaal zwart dus.
Lekkere koeken, Hein |
Eerst even een fotootje schieten buurvrouw |
En inderdaad; het is helemaal donker |
De route gaat over het heideveld verder. Net als op de
Lemelerberg eerder in het Pieterpad staan er hier en daar verspreid weer enige
Jeneverbesstruiken. Maar ook hier zijn de bessen nog niet rijp en de doornen
puntig. Het is warm op de hei. De wind, die weliswaar tegen is, voelt warm aan.
De zon schijnt fel. Het is zaak om te blijven drinken.
Het is warm op de hei |
Net als de Lemelerberg is de Holterberg achtergebleven toen
het ijs van de laatste grote ijstijd zich langzaam terugtrok. Dus ook deze grond
is afkomstig uit Scandinavië. Geen wonder dat het zo licht loopt.
Thee in plaats van koffie
Andermaal komen we bij een mooi uitzichtpunt. We nemen
plaats aan de picknicktafel en drinken er onze meegebrachte thee. Omdat het
warm weer is, is de thermos niet gevuld met koffie maar met thee. Thee drinkt,
als het warm is, veel gemakkelijker weg dan koffie. Jan stelt voor om de
volgende keer een aantal schoteltjes mee te nemen. Dan kunnen we de thee, net als
de boeren vroeger tijdens de zomerse drukte op het veld (de “ûngetiid”) deden,
sneller laten afkoelen en opdrinken. Vanwege het argument van extra bagage
wordt dit voorstel verworpen.
Thee of koffie? We hebben alleen maar thee….. |
Het gaat op en neer door het heuvelachtige landschap |
De temperatuur neemt verder toe en als we Holten binnen
wandelen is het beslist warm te noemen. We steken het spoor over en doen het
eerste terras wat we tegenkomen aan. We bestellen er wat te drinken en krijgen
er een Wöpke bij. Een wöpke is een thuis gebakken koekje met onder andere witte
chocolade.
Het is een drukte van belang op de A1 |
Spreuk
We slenteren door Holten en een paar kilometer later steken
we de drukke A1 over. Vanaf het viaduct is
het mooi, maar beangstigend om te zien hoe al het verkeer over de weg raast.
Na een paar honderd meter staat langs de weg, in de schaduw van een paar hoge
eiken, een oude verweerde picknickbank. We nemen plaats en eten er onze laatste
proviand en drinken maar weer eens wat. Op een bord naast de bank hangt een
mooie spreuk; een waarheid als een koe:
De laatste
kilometers van vandaag gaan door open terrein. Nou ja; open terrein. Er staan
nog bomen genoeg, alleen is het geen bos meer. Langs de Schipbeek is het een
bijzonder mooi loopje. De Schipbeek is een zijstroom van de
rivier de IJssel en stroomt door Duitsland en Nederland. Het is een grotendeels
gegraven beek die stroomt door het zuiden van Twente en het noorden van de
Achterhoek en vormt de zuidelijke begrenzing van Salland. Aan weerzijden van de beek zijn fraaie lanen aangelegd
met grote beukenbomen waaronder het heerlijk wandelen is.
Statige beuken weerspiegelen in het water |
Een prachtige plek om te wandelen |
Een achterblijver? Nee hoor; net even een foto gemaakt |
Na de brug over het
kanaal komen we op een lange rechte weg die het sluitstuk vormt van de lange
tocht van vandaag. De laatste kilometer zetten Hein en Jan de pas erin en lopen
bij de achterblijvers vandaan. Ze hebben het plan opgevat om de auto, die een
paar honderd meter verder staat dan het eindpunt, naar de finish te rijden om
de route voor de inmiddels vermoeide wandelaars ietsjes te verkorten. Dit
gebaar wordt op prijs gesteld.
Baco
We rijden terug naar
de camping en besluiten voor het avondeten te gaan barbecueën. De sluiting van
de gasfles is met de hand niet los te draaien en de baco die altijd achter in
de auto ligt is natuurlijk achter de muziek aan. Daarom wordt een waterpomptang
bij de eigenaar van de camping gevraagd. Terwijl de grill op de gasfles wordt
aangesloten rijden Hein en Jan naar Hellendoorn om de startauto op te halen. In
de plaatselijke supermarkt aldaar kopen ze vlees, stokbrood en salades.
Het ziet er lekker uit buurman |
Gemarineerde speklapjes |
Gezellig onder het luifeltje |
Onder de luifel van
de caravan smullen we van het vlees van de BBQ en de koude biertjes uit de
koelkast. Tegen een uur of half elf gaat bij een aantal wandelaars letterlijk
en figuurlijk het licht uit en worden de bedjes opgezocht; uiteraard naargelang
de wijze van overnachting. De ritsen van de tenten gaan open en dicht en het
licht in de caravan dooft. Nacht – rust.
De avond valt over camping De Vrolijk |